ARCHIPEL

Het ontwerp voor Marker Wadden kent een duidelijke zonering. De ‘duinen’ creëren beschutting tegen de golven op het Markermeer, die vooral uit het zuidwesten en noordwesten komen. Deze windrichtingen hebben de oriëntatie van de twee duinenrijen bepaald. De duinlandschappen zijn met een stenen dam aan de westzijde met elkaar verbonden. Op deze manier ontstaat een beschut en luw milieu voor de moeraseilanden.

Om maximale interactie tussen Markermeer en Marker Wadden te realiseren, met grote randlengtes, is Marker Wadden ontworpen als een archipel. De eilanden bevatten moerasvegetaties, slikken, ondiepe (geïsoleerde) plassen, kreken en beschut, ondiep water. Marker Wadden hebben hierdoor een herkenbaar landschap gekregen, met identiteit en een sterk ‘ontginningsverhaal’.

Door de grote omvang van het Markermeer, kunnen bij sterke wind, peilverschillen van meer dan een meter ontstaan tussen de loef- en lijzijde. Het ontwerp van de Marker Wadden speelt in op deze dynamiek.

Bij harde zuidwestenwind loopt het waterpeil in de Marker Wadden sterk op (bekend als scheefstand). Water stroomt dan vanuit noordoostzijde via openingen in de lagere dammen van de moeraseilanden naar binnen.  Geïsoleerde waterpartijen komen dan in contact met het buitenwater. Bij afnemende wind zakt het peil weer en stroomt het water naar buiten. Deze dynamiek zorgt voor kreekvorming in het moeras door erosie.